Boomkwekerij Henri Fleuren B.V. 1922-1997  


Titel: Boomkwekerij Henri Fleuren B.V. 1922-1997
Subtitel: 3 generaties & generatief vooruit
Uitgave: in eigen beheer van de firma Fleuren in Baarlo (L)

Inleiding

Jubileumuitgaven van een bedrijf bevatten vaak overdadig veel plaatjes van eminente oprichters van een bedrijf die hoogwaardigheidsbekleders ontmoeten en op hun hoogtepunt een koninklijk lintje krijgen voor hun maatschappelijke activiteiten. Vaak zitten er wat oude foto’s in en staan er verhalen in van het voormalige of het langstzittende personeel. Vaak zijn het boeken met te veel aandacht voor zaken die eigenlijk alleen voor de intimi van het bedrijf boeiend zijn.

Een bedrijf dat een goed archief bijhoudt heeft (ook) meer objectieve documentatie voor als het een jubileumjaar heeft en dan de geschiedenis de revue wil laten passeren.

De firma Fleuren heeft in de loop der jaren een goed archief bijgehouden. In 1997 werd dat archief doorgespit door een geschiedkundige. Samen met anderen werd bij gelegenheid van het 75-jarig bestaan van de firma Fleuren een boek vervaardigd, met daarin volop materiaal uit het archief. Daardoor is het niet alleen een boek over de geschiedenis van drie generaties Fleuren en hun bedrijf, maar ook een boek over de geschiedenis van de boomteelt, de boomteelttechniek en de geschiedenis van de organisatie van de boomtelers. Uiteraard zit er en sterk Limburgs accent in, maar wie daar door de oogharen doorheen kijkt ziet een rijk gedocumenteerde geschiedenis van een bedrijfstak gedurende de laatste 85 jaar.

Over wie, of, beter: waarover gaat het boek?

Het begon in Baarlo met een jongen van 14 die moest zeggen wat ie wilde worden. Hij koos ervoor boomkweker te worden. Via baantjes bij bekende boomkwekers leerde hij het vak en pachtte vervolgens zijn eerste aren land. Daar teelde hij zijn eerste hoogstambomen. Door tomeloze inzet, door kwaliteit en door een goed vermogen contacten te leggen en te onderhouden (en dus: in te leven in klanten) groeide het bedrijf tegen de verdrukking in van crisis- en oorlogsjaren.

Langs de levensloop van Henri Fleuren zien we de ontwikkeling in de fruitboomteelt. Hoogstammen gaan en worden vervangen door struiken, spillen en de generatie van Karel brengt ons zelfs knipbomen, 3K-bomen, superspillen en miniboompjes met amper ruimtevragende vertakking. Maar het leven van Henri leidt ons ook langs de opkomst van het gemotoriseerde vracht- en personenverkeer. Henri was ook vergaderaar, en dus leidt zijn leven ons langs de totstandkoming van de NAK-keuring voor (fruit)bomen. Het bedrijf wordt het grootste van Limburg en daarbuiten en vooral dank zij Karel speler op het Europese, zelfs wereldtoneel.

Het boek vertelt ook over wat niet goed ging. Iets wat er zeker óók bij hoort als je wat onorthodox bent ingesteld, zoals de Fleurens. Zoals een poging de notenteelt in Nederland van de grond te krijgen. En zoals een voor veel jonge fruitbomen fatale koude winter van 1985, gevolgd door een hagelstorm datzelfde jaar. Een jaar dat voor Fleuren door doortastend optreden uiteindelijk tot nieuwe bedrijfseconomische impulsen zou leiden.

Het boek verhaalt ook over neergang en herleving van de kersenteelt. Jammer genoeg houdt het boek, dus ook het onderdeel over de kersengeschiedenis, in 1997 op; het leest daar als een spannend boek, waarvan wij de uitkomst goeddeels al meegemaakt hebben of weten.

De onorthodoxe aanpak die de Fleurens eigen is culmineert in het boek met passages over takken uitbreken in plaats van snoeien met de schaar. Een gruwel in de ogen van klassieke snoeimeesters, maar wel doordacht en iets waar Karel Fleuren, inmiddels als oppermanager opgevolgd door zijn zoon Han, ook anno 2006 nog steeds achter staat.

Wat kun je leren van dit boek?

Het zal niet de bedoeling van de schrijvers geweest zijn te moraliseren, maar er zitten voor mij een paar moralen in het boek. Allereerst, kies met hart en ziel waaraan je wilt werken in je leven. Fleuren zou geen bedrijf geworden zijn als Henri tot een ander vak gedwongen zou zijn geweest. Ten tweede, durf onconventioneel te zijn. Het mooiste onderdeel van het boek is wat dat betreft een passage waar het erover gaat dat Karel Fleuren het aan de stok krijgt met de NAK-keurmeesters omdat zijn knipbomen niet aan de (toenmalige) regeltjes uit de boekjes voldoen. Ten derde, besef dat je als fruitteler of veredelaar met een natuurproduct bezig bent. Dat beseffen is de ware bron van kennis van de boom.

Slot

Het boek is prachtig verluchtigd met documenten en oude foto’s. Het leest als een jongensboek. Voor wie zich de komende herfst- of winteravonden wil verdiepen in de geschiedenis van de fruitteeltsector in den brede, moet dit boek beslist lezen.

Wij, hoogstamliefhebbers, kijken wellicht met uiteenlopende gevoelens naar de ontwikkeling van steeds kleinere boompjes, die in het boek beschreven wordt en zich nog steeds voortzet. Wie dit boek leest, zal het historisch perspectief van die ontwikkeling zien en ook de onontkoombaarheid van de zoektocht naar kleine boompjes in de commerciële fruitteelt. Met een land vol Vinex-wijken met tuintjes van een paar vierkante meter zijn voor vele consumenten en hobbytelers bessenstruiken, fruithagen en miniboompjes de enige optie om iets met fruit thuis te kunnen doen. Die feiten en trends onderkennende kunnen wij, hoogstamliefhebbers, alleen maar des te meer ons verantwoordelijk voelen voor het behoud van het landbouwcultuurhistorische erfgoed. Miniboompjes bieden een kans om stadsbewoners in eigen tuin de link te doen ervaren met die historische erfenis. Daarom is het belangrijk dat wij als Pomologische Vereniging weten te linken aan nieuwe ontwikkelingen, en deze proberen een plek te geven. Het besproken boek is daarbij een prima hulpmiddel.

Het boek is niet in de winkel te koop. Het zit wel in de boekenkist van de Pomologische Vereniging (zie elders op deze webstek). Verder kan men bij Karel Fleuren (voor gegevens: zie website firma Fleuren) wellicht nog een exemplaar bekomen.



Aan de inhoud van deze pagina kunnen geen rechten worden ontleend
©2001- POMologische Vereniging Noord-Holland